Bijlage 1 Reserves

In het Klimaatakkoord is afgesproken om de warmtevoorziening te verduurzamen en zo tot een CO2-reductie te komen. Meer dan de helft van de energie die binnen de Nederlandse huishoudens wordt gebruikt (dus exclusief bijvoorbeeld mobiliteit) gaat op aan warmte. Deze warmte is nu nog nagenoeg geheel afkomstig uit fossiele bronnen, vooral aardgas.
Voor veel stedelijke gebieden in Zuid-Holland is het grootschalig inzetten van collectieve duurzame warmte in de vorm van warmtenetten een haalbare oplossing als alternatief voor verwarming met aardgas. Om de warmtenetten in de wijken van warmte te voorzien werken we aan een robuust, publiek beheerd, open (regionaal) warmtetransportsysteem. Dat gebeurt onder regie van het Rijk en met partners zoals de Gasunie en andere energieleveranciers waarop (toekomstige) lokale warmtenetten en bestaande en of nieuw te ontwikkelen bronnen, waaronder geothermie kunnen aansluiten.

De provincie levert een bijdrage voor het mogelijk maken van de ontwikkeling en de realisatie van warmteleiding Warmtelinq+ dat samen met de warmteleiding Warmtelinq de “backbone” vormt van het toekomstige regionale Warmtetransportnet Zuid-Holland.

In 2024 wordt € -22 mln onttrokken aan de reserve. Bij vastlegging van de begroting is uitgegaan van het betaalritme. Dit wordt, conform de spelregels omtrent lastneming van subsidies, nu gecorrigeerd.

Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.

De middelen worden conform besluit 13 december 2022 ingezet voor de investeringssubsidie aan Gasunie voor de ontwikkeling en realisatie WLQ+.

De omvang is bepaald op basis van de te verstrekken subsidie en garantie aan WarmtelinQ+.  Op 31-12-2024 bedraagt de omvang € 71,1 mln. Het verloop van de toekomstige onttrekkingen is als volgt geraamd: 2025: € 19,1 mln; 2026: € 37 mln; 2027: € 8 mln; 2028: € 7 mln.