Ambitie 2 Bereikbaar Zuid-Holland
Begrotingssubsidies 2024 in vergelijking met 2023 (in €)
Beleids-doel | Naam instelling | Maximaal te subsidiëren 2023 | Kadernota | Begroting 2024 | Voorjaarsnota 2024 | Maximaal te subsidiëren 2024 |
---|---|---|---|---|---|---|
2.1 | Vereniging Fietsersbond | 43.000 | 43.000 | 43.000 | ||
2.1 | Prorail Utrecht t.b.v. project viersporig Schiedam | 404.700 | 966.133 | 966.133 | ||
2.1 | AquaSwets BV t.b.v. veerdienst Maassluis-Rozenburg | 497.500 | ||||
2.1 | Ministerie van I&W t.b.v. innovatieve aanpak A15 | 1.008.500 | 180.930 | 180.930 | ||
2.1 | Damen Financial Participations B.V t.b.v. veerdienst Maassluis-Rozenburg | 650.000 | 1.300.000 | 0 | 0 | |
2.1 | Stichting roeifaciliteiten Laga t.b.v. verhuizing roeivereniging | 395.000 | ||||
2.1 | Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid t.b.v. bijdrage mobiliteitsmanagement A20 NKG | 400.000 | 400.000 | 400.000 | ||
2.1 | Gemeente Rotterdam t.b.v. oeververbinding kwartiermakerfase | 200.000 | 200.000 | |||
2.1 | Qbuzz t.b.v. emissie loze busvloot | 3.660.000 | 3.660.000 | |||
2.1 | Qbuzz t.b.v. ERTMS | 18.404.884 | 18.404.884 | |||
2.1 | Stichting CROW t.b.v. programma KpBB | 420.876 | 420.876 | |||
2.1 | Stichting CROW t.b.v. programma KpVV | 659.520 | 659.520 | |||
2.1 | River Operations South Holland B.V. t.b.v. exploitatie veerdienst Maassluis-Rozenburg | 2.722.688 | 362.500 | 3.085.188 | ||
Totaal | 3.398.700 | 0 | 4.065.688 | 25.254.843 | 28.020.531 |
Toelichting begrotingssubsidies
De begrotingssubsidie aan ProRail Utrecht t.b.v. project viersporig Schiedam voor een bedrag van € 966.133 (beleidsdoel 2-1)
De viersporigheid op het spoortracé Schiedam-Rotterdam is belangrijk als volgende stap naar de integrale viersporigheid op het spoortraject Den Haag – Rotterdam. De Viersporigheid Den Haag- Rotterdam vergroot de betrouwbaarheid van de treindienst en maakt hogere frequenties mogelijk. Daarmee draagt het project bij aan de economische ontwikkeling van de Zuidelijke Randstad. Daarom is de Viersporigheid Den Haag-Rotterdam een beleidsprioriteit voor de Zuidelijke Randstad en is het als prioritair project opgenomen in het Regionaal Investeringsprogramma Zuidelijke Randstad. De afspraken over de uitvoering en financiering van spoortracé Schiedam zijn vastgelegd in een Bestuursovereenkomst tussen de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, het bestuur van de Metropoolregio Rotterdam en Den Haag (MRDH) en Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland. De provincie draagt middels een subsidie bij aan 25% van de realisatiekosten. Het besluit past in het Gebiedsprogramma Bereikbaarheid Rotterdam Den Haag van Rijk en Regio, en de samenwerkingsagenda van Provincie en de MRDH. Voor de Viersporigheid Rotterdam Den Haag is € 12,2 mln gereserveerd in het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur Ambitie 2. De in 2019 besloten provinciale subsidie ten behoeve van de viersporigheid Schiedam wordt conform artikel 4 lid 9 van de Bestuursovereenkomst Viersporigheid Schiedam (Stct. 2020, 7408) geïndexeerd met een € 966.133 tot een totaal van € 7.948.333. De verhoging betreft de indexering 2021 t/m 2025 (oplevering) o.b.v. berekening ProRail (specifieke IBOI tussen I&W en ProRail). Dekking wordt gevonden in beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-4 Voorbereiding Provinciale infrastructuurprojecten en infrastructuursubsidies (PZI). Het project draagt bij aan meer capaciteit en betrouwbaarheid voor een goede treinverbinding. Het project is essentieel voor de bereikbaarheid van de Zuidelijke Randstad en draagt daarmee bij aan de agglomeratiekracht, de realisatie van het met Openbaar Vervoer ontsloten woningbouwlocaties langs de spoorlijn Leiden-Dordrecht.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is immers het meest geëigende instrument, aangezien het project onderdeel is van het hoofdrailnet, waar niet Provincie maar het Rijk eigenaar en concessie-verlener is, zodat de provincie alleen via subsidie haar bijdrage kan verlenen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 966.133 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Ministerie van I&W t.b.v. innovatieve aanpak A15 voor een bedrag van € 180.930 (beleidsdoel 2-1)
Project Innovatieve aanpak A15 (Korte Termijn Maatregelen A15). In het Bestuurlijk Overleg over het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) zijn op 21 en 22 november 2018 het Rijk en de provincies Zuid-Holland en Gelderland een korte termijn pakket maatregelen overeengekomen met een looptijd tot 2022. In totaal heeft ‘het Rijk hiervoor maximaal € 10 mln beschikbaar onder voorwaarde van gelijke financiering door de regio. Het Rijk en de provincie Zuid-Holland (samen met Drechtsteden en bedrijven) hebben afgesproken ieder € 4,125 mln beschikbaar te stellen voor inzet bergers op strategische plekken, kleine infrastructurele maatregelen, gecoördineerd verkeersmanagement en spitsmijdingen. Hierdoor wordt de doorstroming op de A15 bevorderd. In het Bestuurlijk Overleg MIRT zijn op 9 november 2022 het Rijk en de Provincie Zuid-Holland overeengekomen om de looptijd van het korte termijn maatregelenpakket A15 (KTM A15) met 2 jaar te verlengen, tot en met 2024. De uitvoering van maatregelen vindt plaats binnen het eerder overeengekomen budget en conform de afspraken uit het BO MIRT najaar 2018. Hierbij is sprake van een adaptieve aanpak waarbij de opdrachtgevers in gezamenlijk overleg kiezen voor de meest kosteneffectieve maatregelen en zorgdragen voor een goede aansluiting met lopende projecten. In de begroting 2023 is een begrotingssubsidie opgenomen van € 1.008.500 voor de innovatieve aanpak A15 (Korte Termijn Maatregelen A15) van het Ministerie van Infrastructuur &Waterstaat. De BTW die verbonden is met de activiteiten van de Korte Termijn Maatregelen A15 is voor het Ministerie van Infrastructuur &Waterstaat niet aftrekbaar. Hierdoor leidt de BTW tot hogere kosten voor het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat, waarop niet is gerekend. Met het Ministerie van Infrastructuur &Waterstaat wordt afgesproken om de helft van deze BTW kosten voor onze rekening te nemen en te subsidiëren aan het Ministerie van Infrastructuur & Waterstaat. Hiervoor wordt de begrotingssubsidie voor de innovatieve aanpak A15 (Korte Termijn Maatregelen A15) met € 180.930 opgehoogd. Dat kan binnen de afgesproken bijdrage van € 4,125 mln. De subsidie wordt gedekt uit de in de reserve Bereikbaarheid gereserveerde middelen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-4 Voorbereiding Provinciale infrastructuurprojecten en infrastructuursubsidies (PZI). Dit draagt bij aan op korte termijn de doorstroming bevorderen van het verkeer op de A15.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. Met het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is afgesproken dat onze bijdrage voor de Innovatieve aanpak A15 (Korte Termijn Maatregelen A15) die in de vorm van een subsidie ter beschikking zal worden gesteld aan het Ministerie, zal worden verdubbeld door het Ministerie.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 180.930 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid t.b.v. bijdrage mobiliteitsmanagement A20 NKG voor een bedrag van € 400.000 (beleidsdoel 2-1)
De provincie is in maart 2019 met de minister van I en W en de betrokken regionale partijen (gem Zuidplas, gem Gouda, gem Waddinxveen en het Hoogheemraadschap) een Bestuursovereenkomst (BOK) voor de verbreding van de A20 Nieuwerkerk a/d IJssel – Gouda aangegaan. Onderdeel van de afspraken was een bijdrage van de provincie aan de versnelling van de planuitwerking (middels een subsidie). De afgesproken versnelling is niet haalbaar gebleken en daarom is met het Rijk, PZH en de gemeenten afgesproken om de beschikbare middelen anders in te zetten en dat de vrijvallende middelen beschikbaar blijven voor het verbeteren van de bereikbaarheid van het projectgebied van de A20 NKG verdeeld over 3 projecten zie Kadernota 2022 nr. 7374; PS hebben besloten om € 400.000 van de oorspronkelijk regionale bijdrage van € 850.000 voor versnelling om te zetten in een bijdrage voor de kosten van mobiliteitsmanagement A20 Nieuwerkerk a/d IJssel – Gouda. Deze bijdrage is opgebouwd uit een bijdrage van de provincie van € 275.000 en een bijdrage van gemeente Rotterdam en de regio Midden-Holland van € 125.000. De provincie, als coördinator, zal de regiobijdrage van maximaal € 400.000 beschikbaar stellen in de vorm van een subsidie. De bijdrage van Rotterdam en Midden-Holland zijn eerder al aan de provincie overgemaakt en in de reserve bereikbaarheid gestort en samengevoegd met de provinciale aandeel. Door middel van mobiliteitsmanagement wordt getracht een structurele gedragsverandering te realiseren om de A20 te ontlasten voorafgaand aan de werkzaamheden. Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-4 Voorbereiding Provinciale infrastructuurprojecten en infrastructuursubsidies (PZI). Dit draagt bij aan een (structurele) verbetering van de doorstroming vóór de start van de verbreding A20 NKG.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 400.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Gemeente Rotterdam t.b.v. oeververbinding kwartiermakerfase voor een bedrag van € 200.000 (beleidsdoel 2-1)
Op 10 november 2022 zijn er, na een verkenning, in het Bestuurlijk Overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur Ruimte en Transport (BO MIRT) (DOS-2007-0018545) afspraken gemaakt over de voorkeursvariant voor de Oeververbinding Rotterdam. Zo is besproken dat de provincie een taakstellende bijdrage zal leveren voor een bedrag van € 10 mln. aan een HOV-verbinding met tramkwaliteit met een multimodale brug in Rotterdam. De verkenningsfase voor dit project was nog niet geheel afgerond. Er is gekozen om na het besluit in het BO MIRT te starten met een kwartiermakers fase als overbrugging tussen (afronding van de) verkenning en (start van de) planning- en studiefase. Momenteel loopt de kwartiermaker fase waarin een bestuursovereenkomst wordt ontwikkeld om afspraken vast te leggen over de bekostiging, bijdragen, wat te doen bij budgetoverschrijding en over vervolgfasen (planning- en studiefase en realisatiefase). De provincie heeft de partners (ministeries van BZK en I&W, MRDH en gemeente Rotterdam) laten weten geen partij te zijn bij deze bestuursovereenkomst omdat de gemeente Rotterdam (wegbeheerder) en de MRDH (als concessieverlener van de beoogde tramverbinding) gezamenlijk de uitvoeringsverantwoordelijkheid hebben. De bijdrage is maximaal € 10 mln incl. BTW, waarvan € 200.000 (prijspeil 2023) voor de kwartiermakers fase. De resterende bijdrage van € 9,8 mln voor de realisatie is opgenomen als reservering in het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur (PZI). Deze reservering wordt jaarlijks achteraf geïndexeerd vanuit de daarvoor gereserveerde middelen in het PZI tot aan het moment van subsidieverlening. De bijdrage van de provincie is taakstellend. Indien blijkt dat in de vervolgfasen er sprake is van kostenoverschrijdingen zal de provincie geen extra middelen ter beschikking stellen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-4 Voorbereiding Provinciale infrastructuurprojecten en infrastructuursubsidies (PZI). Dit draagt bij aan het realiseren van goede bereikbaarheid en leefbaarheid voor de regio en met de hiervoor vermelde subsidiebijdrage maakt de provincie de bouw van 35.000 woningen in de oostflank van Rotterdam mogelijk.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Omdat wij geen opdracht verlenen aan de gemeente en ook geen prestatie geleverd krijgen zal de provincie een subsidie moeten verlenen.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 200.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Qbuzz t.b.v. emissie loze busvloot voor een bedrag van € 3.660.000 (beleidsdoel 2-1)
De uitvraag bij de aanbestedingen voor een emissie loze busvloot is het directe gevolg van het bestuursakkoord ZE Bus (2016), waarin is afgesproken dat alle nieuwe instromende bussen per 2025 ZE zijn en alle bussen per 2030 ZE zijn. Bovendien is op verzoek van de Staten de concessietermijn voor Zuid-Holland Noord verlengd van 8 naar 13 jaar als vanaf de start (december 2024) van de concessie Zuid-Holland Noord alle bussen emissie loos zouden zijn.
De aangevraagde specifieke uitkering Zero Emissie Bussen (SPUK ZE Bussen) is door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in het leven geroepen om de instroom van emissie loze bussen in het stad- en streekvervoer te versnellen en zodoende ook het aantal diesel- en aardgaskilometers te verminderen. De aanvraag voor de SPUK ZE Bussen verloopt via de concessieverleners. In de aanbesteding van de concessie ZHN hebben we in de NvI aangegeven dat PZH direct na gunning een aanvraag doet voor dit bedrag bij RVO, en dat de toegekende gelden toevallen aan de nieuwe vervoerder. Aangezien winnaar Qbuzz heeft ingeschreven met een volledige ZE-vloot, kon het hele bedrag van 3,66 mln. door PZH worden aangevraagd. Conform de aanbestedingsdocumenten komt het hele bedrag toe aan Qbuzz. Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2.1.2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer. Dit draagt bij aan het doel een emissieloos stads- en steekvervoer in 2030.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. PZH heeft een SPUK subsidie aangevraagd en betaalt deze door d.m.v. een projectsubsidie.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 3.660.000 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Qbuzz t.b.v. ERTMS voor een bedrag van € 18.404.884 (beleidsdoel 2-1)
Qbuzz is in de huidige concessieovereenkomst Drechtsteden/Molenlanden/Gorinchem (DMG) met de provincie Zuid Holland (PZH) overeengekomen dat Qbuzz ERTMS zal implementeren in de voertuigen en in de organisatie, binnen de kaders van de programmadirectie ERTMS (PD).
Vanaf najaar 2021 hebben Qbuzz, de PD en overige stakeholders samengewerkt aan het helder krijgen van de totale implementatieopgave vanuit de PD en de wijze waarop Qbuzz daar invulling aan geeft incl. randvoorwaarden, consequenties/risico’s en kosten. Dit heeft in juli 2022 geleid tot een eerste kostenopgave voor de implementatie van ERTMS in de Qbuzz organisatie en -treinmaterieel, op basis van retrofit van de bestaande treinen. De PD heeft op basis van die kostenopgave geoordeeld dat de kosten van retrofit van de bestaande treinen weliswaar realistisch, verklaarbaar en daarmee rechtmatig zijn maar echter niet doelmatig.
Vervolgens is in oktober 2022 door PZH In samenspraak met het ministerie van I en W besloten om de bestaande treinen niet om te bouwen naar ERTMS, maar nieuwe treinen aan te schaffen met ERTMS. Qbuzz doorloopt inmiddels conform wet- en regelgeving een inkoopprocedure middels een Europese aanbesteding voor de verwerving van de nieuwe treinen voor de Merwedelingelijn. Voor het rijden van die nieuwe treinen zijn ook aanpassingen nodig aan de infrastructuur. De totale opgaven die nu aan de stakeholders (Qbuzz, PZH, Min I&W, PD/ProRail) wordt gesteld is een programma wat uiteenvalt in diverse projecten/taakstellingen. De subsidieverlening betreft de implementatie van ERTMS binnen Qbuzz organisatie en voertuigen binnen de kaders/eisen van PD inclusief het opstellen van de bijbehorende kostenopgave. Eind 2027 komt er een bedrag beschikbaar van € 11.365.768 als bijdrage in de kosten voor de vervroegde afschrijving van het oude materieel. Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer. Dit draagt bij aan de continuïteit van de dienstverlening op de Merwede Linge Lijn.
Er zijn alternatieven voor het instrument subsidies overwogen. Alternatieven bleken minder geschikt. Subsidie is het meest geëigende instrument.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 18.404.884 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Stichting CROW t.b.v. programma KpBB voor een bedrag van € 420.876 (beleidsdoel 2-1)
Met deze subsidie ontwikkelt CROW collectieve kennis op het gebied van mobiliteit en voor het beheer en onderhoud van infrastructuur, door middel van het Kennisprogramma Beheer en Bouw Infrastructuur (KpBBI). Het gaat om kennis die fundamenteel ondersteunt bij de beleidsontwikkeling en -uitvoering. Het CROW stelt geen beleid vast, noch voert CROW beleid uit, maar streeft naar de ontwikkeling van standaarden en richtlijnen die praktisch toepasbaar zijn, die deze partijen de zekerheid bieden dat zij (ook juridisch gezien) de juiste keuzes maken, en bijdragen aan de maatschappelijke opgave. Dat geeft hen handelingszekerheid en bevordert de noodzakelijke samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Het CROW houdt zich mede bezig met het verzamelen, ontwikkelen, verspreiden en borgen van praktijkgerichte en direct toepasbare kennis en het organiseren van bijeenkomsten en netwerken (kennismakelaarschap) voor en met alle publieke en private partijen die werken aan mobiliteit. Met sterke aandacht voor de maatschappelijke opgaven, aanwezigheid vooraan in de beleidsketen, aansluiting en samenwerking met andere kennisinstituten en gebruikmaking en versterking van de synergie binnen het CROW. Het CROW onderzoekt binnen de kaders van het Strategiedocument 2024-2027 en in overeenstemming met de in het geldende Jaarprogramma benoemde kernpunten in de ontwikkeling van collectieve kennis op het gebied van verkeer en vervoer in Nederland.
Het KpBBI onderscheidt daarbij de volgende opgaven en thema’s voor de periode 2024 tot en met 2027:
Basisopgaven ten aanzien van de beschikbaarheid van voorzieningen en de zorg voor de veiligheid van gebruikers en werkenden in de sector, en anderzijds ten aanzien van de zorg voor de waarde van de publieke kapitaalgoederen. Autonome ontwikkelingen, nieuwe wet- en regelgeving, nieuwe technologie en nieuwe inzichten die positief bijdragen aan die opgave moeten hun weg vinden naar de dagelijkse werkprocessen van professionals.
- BasisThema’s:
- Verkeersveiligheid
- Constructieve veiligheid
- Werk en veiligheid
- Vervangings- en renovatieopgave wegen en civiele kunstwerken
Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-1 Stimuleren transitie naar duurzaam, veilig en slim personenvervoer. Kennisontwikkeling ten behoeve van het Beleid beheer en bouw infrastructuur in het algemeen belang door middel van het Kennisprogramma Beheer en Bouw Infrastructuur (KpBBI). De Stichting CROW als kennisorganisatie bundelt de door dit onderzoek opgedane aanvullende kennis en stelt deze ter beschikking ten dienste van het algemeen belang, waarbij alle producten, data en resultaten die zijn bekostigd met de subsidie, kosteloos ter beschikking worden gesteld aan een ieder.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Het IPO is een vereniging van, voor en door de provincies. De provincies zijn de leden van de vereniging en zijn vertegenwoordigd in het Bestuur en de Algemene Vergadering. Het IPO-bestuur van 9 februari 2023 heeft besloten de middelen voor het Kennisprogramma Beheer en Bouw Infrastructuur (KpBBI) per 1 januari 2024 via een begrotingssubsidie vanuit de 12 provincies en 2 vervoerregio's beschikbaar te stellen conform het advies van de AAC en BAC. Er is gezamenlijk besloten tot een subsidie, omdat de activiteiten die CROW gaat verrichten ten behoeve van het algemeen belang zijn. Daarom is subsidie een beter instrument dan opdrachtverstrekking. De andere provincies, de vervoerregio’s en nationale partijen betalen hun aandeel, hier is een verdeelsleutel op toegepast.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 420.876 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan Stichting CROW t.b.v. programma KpVV voor een bedrag van € 659.520 (beleidsdoel 2-1)
Met deze subsidie ontwikkelt, verspreidt en borgt de Stichting CROW collectieve kennis op het gebied van mobiliteit, door middel van het programma Kennisplatform Verkeer en Vervoer (KpVV). Het gaat om kennis die fundamenteel ondersteunt bij de beleidsontwikkeling en -uitvoering. Het CROW stelt geen beleid vast, noch voert CROW beleid uit, maar streeft naar de ontwikkeling van standaarden en richtlijnen die praktisch toepasbaar zijn, die deze partijen de zekerheid bieden dat zij (ook juridisch gezien) de juiste keuzes maken, en bijdragen aan de maatschappelijke opgave. Dat geeft hen handelingszekerheid en bevordert de noodzakelijke samenwerking tussen opdrachtgevers en opdrachtnemers. Het CROW houdt zich mede bezig met het verzamelen, ontwikkelen, verspreiden en borgen van praktijkgerichte en direct toepasbare kennis en het organiseren van bijeenkomsten en netwerken (kennismakelaarschap) voor en met alle publieke en private partijen die werken aan mobiliteit. Met sterke aandacht voor de maatschappelijke opgaven, aanwezigheid vooraan in de beleidsketen, aansluiting en samenwerking met andere kennisinstituten en gebruikmaking en versterking van de synergie binnen het CROW. Het CROW onderzoekt binnen de kaders van het Strategiedocument 2024-2027 en in overeenstemming met de in het geldende Jaarprogramma benoemde kernpunten in de ontwikkeling van collectieve kennis op het gebied van verkeer en vervoer in Nederland.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2.1.1. Stimuleren transitie naar duurzaam, veilig en slim personenvervoer. Dit draagt bij aan kennisontwikkeling ten behoeve van het Beleid van verkeer en vervoer in het algemeen belang door middel van het KpVV. Stichting CROW als kennisorganisatie bundelt de door dit onderzoek opgedane aanvullende kennis en stelt deze ter beschikking ten dienste van het algemeen belang, waarbij alle producten, data en resultaten die zijn bekostigd met de subsidie, kosteloos ter beschikking worden gesteld aan een ieder.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Het IPO is een vereniging van, voor en door de provincies. De provincies zijn de leden van de vereniging en zijn vertegenwoordigd in het Bestuur en de Algemene Vergadering. Het IPO-bestuur van 9 februari 2023 heeft besloten de middelen voor het Kennisprogramma Beheer en Bouw Infrastructuur (KpBBI) per 1 januari 2024 via een begrotingssubsidie vanuit de 12 provincies en 2 vervoerregio's beschikbaar te stellen conform het advies van de AAC en BAC. Er is gezamenlijk besloten tot een subsidie, omdat de activiteiten die CROW gaat verrichten ten behoeve van het algemeen belang zijn. Daarom is subsidie een beter instrument dan opdrachtverstrekking. De andere provincies, de vervoerregio’s en nationale partijen betalen hun aandeel, hier is een verdeelsleutel op toegepast.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 659.520 en deze op te nemen in de begroting.
De begrotingssubsidie aan River Operations South Holland B.V. t.b.v. exploitatie veerdienst Maassluis-Rozenburg van € 2.722.688 te verhogen met € 362.500 naar een bedrag van € 3.085.188 (beleidsdoel 2-1)
River Operations South Holland B.V. exploiteert de veerdienst Maassluis-Rozenburg op grond van de tijdelijke exploitatieovereenkomst met de provincie tot het moment dat er door middel van een Europese aanbesteding een nieuwe exploitant kan worden gecontracteerd. Voor 2024 is op 31 januari 2024 door PS met de voor de inzet van de veerpont Blankenburg, een aanvullende subsidie van € 1.360.000 beschikbaar gesteld voor de exploitatie 2024 van de veerdienst Maassluis-Rozenburg, conform het addendum op de tijdelijke exploitatie overeenkomst. Hiervan is € 1.260.000 begroot in de vorm van een begroting-boekjaarsubsidie voor de exploitatie van de veerdienst. € 100.000 is gereserveerd om mogelijke risico’s af te vangen. € 400.000 wordt gereserveerd voor eventuele aanvullende reparaties en tegenvallende brandstofkosten (beide posten voor de gehele contractduur). Hiervan wordt € 162.500 gealloceerd voor 2024 en € 237.500 voor 2025. € 200.000 wordt gereserveerd voor de opbrengstgarantie in 2024.
Dekking wordt gevonden onder beleidsdoel 2-1 Duurzame en veilige bereikbaarheid voor iedereen. De reserveringen voor de opbrengstgarantie en eventuele aanvullende reparaties en tegenvallende brandstofkosten worden gedekt uit de reserve Mobiliteit.
De maatschappelijke baten zijn: beleidsprestatie 2-1-2 Adequaat en duurzaam aanbod openbaar vervoer. Dit draagt bij een sociaal, veilig, betrouwbaar, betaalbaar, beschikbaar en comfortabel vervoer van reizigers uitgevoerd door de exploitant van veer Maassluis-Rozenburg.
Er zijn geen alternatieven voor het instrument subsidie overwogen. Subsidie is het meest geëigende instrument. De exploitatie van de veerdienst geschiedt op basis van de tijdelijke exploitatieovereenkomst met Damen voor de veerdienst Maassluis-Rozenburg, waarin ook de (geïndexeerde) subsidieverstrekking is vastgelegd voor de komende jaren. Er zijn daarom geen alternatieven voor het instrument subsidieverlening.
Gevraagd wordt aan provinciale staten om de begrotingssubsidie vast te stellen op € 3.085.188 en deze op te nemen in de begroting.
Boekjaar- en projectsubsidies 2024 in vergelijking met 2023 (in €)
Beleids-doel | Subsidie-regeling-nummer | Titel van regeling | Maximaal te subsidiëren 2023 | Kadernota 2024 | Begroting 2024 | Voorjaarsnota 2024 | Maximaal te subsidiëren 2024 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
2.1 | 1.6.117 | Subsidieregeling mobiliteit Zuid-Holland | 8.877.951 | 9.777.951 | 9.777.951 | ||
Totaal | 8.877.951 | 9.777.951 | 9.777.951 |
Toelichting boekjaar- en projectsubsidies
Er hebben geen bijstellingen plaatsgevonden.